Zaterdag 15 mei 2027
Lukas 8:15
"En dat in de goede aarde [valt], zijn dezen, die, het Woord gehoord hebbende, hetzelve in een eerlijk en goed hart bewaren, en in volstandigheid vruchten voortbrengen."
"Maar wat in goede grond terechtkwam, dat zijn de mensen die met een goed en oprecht hart geluisterd hebben naar het woord van God en dat vasthouden en vrucht dragen omdat zij volhouden."
"Het zaad in de vruchtbare grond, dat zijn zij die met een goed en eerlijk hart naar het woord hebben geluisterd, het koesteren en door standvastigheid vrucht dragen."
"Het zaad in de vruchtbare grond, dat zijn zij die met een goed en eerlijk hart naar het woord hebben geluisterd, het koesteren en door standvastigheid vrucht dragen."
"De goede, vruchtbare grond zijn de mensen die met een goed, oprecht hart naar de woorden van God luisteren. Zij houden zich eraan, doen er iets mee en verslappen niet."
Overdenking van vandaag:
Goede bodem! Dat is waar de boodschap van Jezus, het evangelie van het koninkrijk van God, naar op zoek is om te vinden. Wat is die goede bodem? Het is een hart dat open, eerlijk en goed is. Een hart dat echt zoekende is naar de waarheid.
Is dat jouw hart? Vruchtbaarheid is het natuurlijke geestelijke gevolg van een hart dat open staat voor God en dat vasthoudt aan de boodschap van Gods goede nieuws. Hoe is jouw hart?
Gebed:
O Vader, mogen de woorden van mijn mond en de meditaties van mijn hart prettig zijn voor u. Leid mijn hart weg van het kwaad. Bescherm mijn hart tegen pietluttigheid. Gebruik uw Geest om mijn hart te reinigen van alle resten van het kwaad, ongerechtigheid en goddeloosheid. Zuiver mijn hart en maak het gereed voor de productie van de vruchten van uw karakter, genade en liefde. In Jezus' naam. Amen.
Contekst: Lukas 8:4-15
"Als nu een grote schare bijeenvergaderde, en zij van alle steden tot Hem kwamen, zo zeide Hij door gelijkenis: Een zaaier ging uit, om zijn zaad te zaaien; en als hij zaaide, viel het ene bij den weg, en werd vertreden, en de vogelen des hemels aten dat op. En het andere viel op een steenrots, en opgewassen zijnde, is het verdord, omdat het geen vochtigheid had. En het andere viel in het midden van de doornen, en de doornen mede opwassende, verstikten hetzelve. En het andere viel op de goede aarde, en opgewassen zijnde, bracht het honderdvoudige vrucht voort. Dit zeggende, riep Hij: Wie oren heeft, om te horen, die hore. En Zijn discipelen vraagden Hem, zeggende: Wat mag deze gelijkenis wezen? En Hij zeide: U is het gegeven, de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan; maar tot de anderen [spreek] [Ik] in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien, en horende niet verstaan. Dit is nu de gelijkenis: Het zaad is het Woord Gods. En die bij den weg [bezaaid] [worden], zijn dezen, die horen; daarna komt de duivel, en neemt het Woord uit hun hart weg, opdat zij niet zouden geloven, en zalig worden. En die op de steenrots [bezaaid] [worden], zijn dezen, die, wanneer zij het gehoord hebben, het Woord met vreugde ontvangen; en dezen hebben geen wortel, die maar voor een tijd geloven, en in den tijd der verzoeking wijken zij af. En dat in de doornen valt, zijn dezen, die gehoord hebben, en heengaande verstikt worden door de zorgvuldigheden, en rijkdom, en wellusten des levens, en voldragen geen [vrucht]. En dat in de goede aarde [valt], zijn dezen, die, het Woord gehoord hebbende, hetzelve in een eerlijk en goed hart bewaren, en in volstandigheid vruchten voortbrengen."
"Uit alle steden kwam men naar Jezus toe, een hele menigte stroomde samen, en hij vertelde deze gelijkenis: 'Iemand ging zijn land op om te zaaien. Bij het zaaien viel een gedeelte langs de weg, waar het werd vertrapt en vogels het opaten. Een ander deel viel op rotsige grond, en toen het opkwam, verdorde het bij gebrek aan vocht. Weer een ander deel kwam tussen de distels terecht; de distels groeiden tegelijk met het zaad op en verstikten het. De rest van het zaad viel in goede grond, en toen het was opgekomen, bracht het honderdmaal zoveel op.' En luid voegde hij eraan toe: 'Wie oren heeft, moet ook luisteren!' Jezus' leerlingen vroegen hem wat hij met die gelijkenis bedoelde. 'Jullie is het gegeven de geheimen van Gods koninkrijk te leren kennen, maar de anderen moeten het doen met gelijkenissen,' antwoordde hij. 'Zo zullen zij kijken en niets zien, horen en niets verstaan. Dit betekent de gelijkenis: het zaad is het woord van God. Wat langs de weg viel, dat zijn zij die Gods woord gehoord hebben. Maar dan komt de duivel en neemt het uit hun hart weg om te verhinderen dat ze geloven en daardoor worden gered. Wat op rotsige grond viel, dat zijn zij die dat woord met vreugde aannemen als ze het horen. Maar hun geloof heeft geen wortels: als ze beproefd worden, laten ze het meteen los. Wat tussen de distels viel, dat zijn de mensen die dat woord gehoord hebben, maar die zo opgaan in de zorg voor hun bezit, in hun rijkdom en in de genoegens van het leven dat ze na verloop van tijd verstikt raken; zij dragen geen vrucht. Maar wat in goede grond terechtkwam, dat zijn de mensen die met een goed en oprecht hart geluisterd hebben naar het woord van God en dat vasthouden en vrucht dragen omdat zij volhouden."
"Toen er nu veel volk samenstroomde en uit elke stad mensen tot Hem kwamen, sprak Hij door een gelijkenis: Een zaaier ging uit om zijn zaad te zaaien. En bij het zaaien viel een deel langs de weg en het werd vertrapt en de vogelen des hemels aten het op. En een ander deel viel op de rotsbodem, en toen het opkwam, verdorde het, omdat het geen vochtigheid had. En een ander deel viel midden tussen de dorens, en de dorens kwamen tegelijk op en verstikten het. Een ander deel viel in goede aarde, en toen dat opgekomen was, bracht het honderdvoudige vrucht voort. Dit zeggende, riep Hij: Wie oren heeft om te horen, die hore. Zijn discipelen vroegen Hem, wat de bedoeling van deze gelijkenis was. En Hij zeide: U is het gegeven de geheimenissen van het Koninkrijk Gods te kennen, maar aan de anderen [worden zij gepredikt] in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien en horende niet begrijpen. Dit is de gelijkenis: Het zaad is het woord Gods. Die langs de weg, zijn zij, die het gehoord hebben; daarna komt de duivel en neemt het woord uit hun hart weg, opdat zij niet zouden geloven en behouden worden. Die op de rotsbodem, zijn zij, die het woord, zodra zij het horen, met blijdschap ontvangen; en dezen hebben geen wortel, zij geloven voor een tijd en in een tijd van beproeving worden zij afvallig. Wat in de dorens viel, dat zijn zij, die het gehoord hebben; en gaandeweg worden zij door zorgen en rijkdom en lusten des levens verstikt en zij brengen het niet tot vrucht. Dat in goede aarde, dat zijn zij, die met een goed en vroom hart het woord gehoord hebbende, dat vasthouden en vrucht dragen in volharding."
"Toen er vanuit de steden mensen naar hem toe gekomen waren en er zich een grote menigte verzameld had, vertelde hij deze gelijkenis: 'Iemand ging eens naar zijn land om te zaaien. Terwijl hij daarmee bezig was, viel er wat zaad op de weg. Het werd vertrapt en door de vogels opgegeten. Er viel ook wat zaad op rotsachtige bodem, maar toen het opschoot, droogde het uit door gebrek aan water. Ander zaad viel tussen de distels, en toen de distels opschoten verstikten ze het. Maar er viel ook wat zaad in vruchtbare aarde, en dat bracht honderdvoudig vrucht voort toen het was opgeschoten.' Hij voegde er met luide stem aan toe: 'Wie oren heeft om te horen, moet goed luisteren.' Zijn leerlingen vroegen hem wat deze gelijkenis betekende. Hij antwoordde: 'Jullie mogen de geheimen van het koninkrijk van God kennen, maar de anderen krijgen alles in gelijkenissen te horen, opdat ze zien zonder inzicht en horen zonder iets te begrijpen. Dit is de betekenis van de gelijkenis: Het zaad is het woord van God. Het zaad op de weg, dat zijn zij die geluisterd hebben, maar daarna komt de duivel en graait het woord weg uit hun hart, om te voorkomen dat ze worden gered door te geloven. Het zaad op de rotsachtige bodem, dat zijn zij die het woord vol vreugde aannemen wanneer ze het horen, maar het schiet geen wortel; ze geloven zolang het hun goed uitkomt, maar als ze op de proef worden gesteld, worden ze afvallig. Het zaad dat tussen de distels valt, dat zijn zij die wel geluisterd hebben, maar door zorgen en rijkdom en de genoegens van het leven worden ze gaandeweg verstikt, zodat ze geen vrucht dragen. Het zaad in de vruchtbare grond, dat zijn zij die met een goed en eerlijk hart naar het woord hebben geluisterd, het koesteren en door standvastigheid vrucht dragen."
"Op een dag, toen uit verschillende steden mensen waren samengestroomd om Hem te horen, vertelde Hij deze gelijkenis: "Een boer ging naar zijn land om graan te zaaien. Bij het uitstrooien viel wat zaad op een pad, waar het werd vertrapt. De vogels kwamen het oppikken. Er viel ook zaad op ondiepe grond met harde rotsbodem eronder. Het kwam wel op, maar verdorde ook weer vlug omdat het te weinig vocht kreeg. Ander zaad kwam tussen de distels terecht. Het verstikte daar omdat de distels veel sneller groeiden. Het overige zaad viel op vruchtbare grond. Het kwam mooi op en gaf een rijke oogst, wel honderd keer zoveel als was gezaaid." Hij wilde dat de mensen goed zouden luisteren en zei: "Als u oren hebt, luister dan goed." Zijn discipelen vroegen wat Hij met de gelijkenis bedoelde. Hij antwoordde: "Jullie hebben het voorrecht te weten waar het in Gods koninkrijk eigenlijk om gaat. De anderen mensen horen de gelijkenissen wel, maar begrijpen er niets van. Dat is trouwens ook de bedoeling. Nu, dit is de betekenis ervan: Het zaad is het woord van God voor de mensen. Het harde pad waarop een deel van het zaad viel, zijn de mensen bij wie de woorden van God het ene oor ingaan en het andere weer uit. De duivel neemt die woorden weg, omdat hij niet wil dat de mensen erin geloven en daardoor worden gered. De ondiepe grond met de rotsbodem eronder, zijn de mensen die de woorden van God horen en met grote blijdschap aannemen. Maar zij zijn oppervlakkig. Een poosje geloven zij wat God heeft gezegd maar als het erop aankomt, moeten zij er niets meer van hebben. Dan de grond met de distels erop: Dat zijn de mensen die de woorden van God horen en geloven. Maar door de zorgen, de overvloed en allerlei genoegens van het leven krijgen die woorden niet de kans in hen iets goeds te bewerken. De goede, vruchtbare grond zijn de mensen die met een goed, oprecht hart naar de woorden van God luisteren. Zij houden zich eraan, doen er iets mee en verslappen niet."
Lees deze Wat Jezus deed in:
- Engels
Vorige Wat Jezus Deed
14 mei 2027 | Lukas 8:14 |
13 mei 2027 | Lukas 8:13 |
12 mei 2027 | Lukas 8:11-12 |
11 mei 2027 | Lukas 8:5-10 |
10 mei 2027 | Lukas 8:4 |
9 mei 2027 | Lukas 8:1-3 |
8 mei 2027 | Lukas 7:48-50 |
← Home