Zaterdag 1 mei 2027
Lukas 7:29-30
"En al het volk, [Hem] horende, en de tollenaars, die met den doop van Johannes gedoopt waren, rechtvaardigden God. Maar de Farizeen en de wetgeleerden hebben den raad Gods tegen zichzelven verworpen, van hem niet gedoopt zijnde."
"Alle mensen die hem hoorden, ook de tollenaars, erkenden dat God rechtvaardig is en hebben zich door Johannes laten dopen. Maar de Farizeeën en de wetgeleerden hebben afgewezen wat God met hen voorhad, zij hebben zich niet laten dopen."
"Alle mensen die dit hoorden, ook de tollenaars, brachten hulde aan God en zijn gerechtigheid: zij hadden zich immers door Johannes laten dopen. Maar de Farizeeën en wetgeleerden verwierpen het plan van God: zij hadden zich immers niet door hem laten dopen."
"Alle mensen die dit hoorden, ook de tollenaars, brachten hulde aan God en zijn gerechtigheid: zij hadden zich immers door Johannes laten dopen. Maar de Farizeeën en wetgeleerden verwierpen het plan van God: zij hadden zich immers niet door hem laten dopen."
"Allen die Johannes hoorden (zelfs de tolontvangers) hebben erkend dat Gods eisen juist waren en lieten zich dopen. Behalve de Farizeeërs en de godsdienstleraars. Die keurden het plan van God af en wilden zich niet door Johannes laten dopen."
Overdenking van vandaag:
"Er zijn laatsten die de eersten zullen zijn, en er zijn eersten die de laatsten zullen zijn." (Lucas 13:30) Lucas helpt ons de grote bekeringen te zien die Gods rechtvaardigheid brengt.
Degenen die alle voordelen hadden van het zijn van religieuze insiders, wezen Jezus vaak af omdat hij hen opriep om zich te bekeren. Degenen die buitenstaanders waren, wisten dat zij zondaars waren en waren op zoek naar een uitweg uit hun zondige slavernij, hadden berouw en lieten Jezus volledig hun leven heroriënteren.
Zelfs nu; velen van ons die alle voordelen hebben van grootgebracht zijn in het geloof, kunnen het moeilijk vinden om Jezus' oproep tot verandering van ons leven niet te relativeren en hem te volgen als Heer. Laten we gebruik maken van hun falen om een waarschuwing voor ons te zijn! We zijn allemaal gered door genade en worden opgeroepen Jezus te volgen met ons allen!
Gebed:
Abba Vader, laat alstublieft nooit mijn vertrouwdheid met geloof me verblinden voor juist en hartgrondig geloof in Jezus. Ik wil niet dat iets mijn toewijding aan uw Zoon als mijn Heer afzwakt, of dat mijn hart zich afkeert van zijn offer, dus geef me alstublieft de scherpzinnigheid die ik nodig heb wanneer Satan probeert gebruik te maken van mijn zwakke punten om me te verblinden voor uw waarheid. In Jezus' naam bid ik. Amen.
Contekst: Lukas 7:18-35
"En de discipelen van Johannes boodschapten hem van al deze dingen. En Johannes, zekere twee van zijn discipelen tot zich geroepen hebbende, zond hen tot Jezus, zeggende: Zijt Gij Degene, Die komen zou, of verwachten wij een anderen? En als de mannen tot Hem gekomen waren, zeiden zij: Johannes de Doper heeft ons tot U afgezonden, zeggende: Zijt Gij, Die komen zou, of verwachten wij een anderen? En in dezelfde ure genas Hij er velen van ziekten en kwalen, en boze geesten; en velen blinden gaf Hij het gezicht. En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Gaat heen, en boodschapt Johannes weder de dingen, die gij gezien en gehoord hebt, [namelijk] dat de blinden ziende worden, de kreupelen wandelen, de melaatsen gereinigd worden, de doven horen, de doden opgewekt worden, den armen het Evangelie verkondigd wordt. En zalig is hij, die aan Mij niet zal geergerd worden. Als nu de boden van Johannes weggegaan waren, begon Hij tot de scharen van Johannes te zeggen: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder bewogen wordt? Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een mens, met zachte klederen bekleed? Ziet, die in heerlijke kleding en wellust zijn, die zijn in de koninklijke hoven. Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet. Deze is het, van welken geschreven is: Ziet, Ik zende Mijn engel voor uw aangezicht, die Uw weg voor U heen bereiden zal. Want Ik zeg ulieden: Onder die van vrouwen geboren zijn, is niemand meerder profeet, dan Johannes de Doper; maar de minste in het Koninkrijk Gods is meerder dan hij. En al het volk, [Hem] horende, en de tollenaars, die met den doop van Johannes gedoopt waren, rechtvaardigden God. Maar de Farizeen en de wetgeleerden hebben den raad Gods tegen zichzelven verworpen, van hem niet gedoopt zijnde. En de Heere zeide: Bij wien zal Ik dan de mensen van dit geslacht vergelijken, en wien zijn zij gelijk? Zij zijn gelijk aan de kinderen, die op de markt zitten, en elkander toeroepen, en zeggen: Wij hebben u op de fluit gespeeld, en gij hebt niet gedanst; wij hebben u klaagliederen gezongen, en gij hebt niet geweend. Want Johannes de Doper is gekomen, noch brood etende, noch wijn drinkende; en gij zegt: Hij heeft den duivel. De Zoon des mensen is gekomen, etende en drinkende, en gij zegt: Ziet daar, een Mens, [Die] een vraat en wijnzuiper [is], een Vriend van tollenaren en zondaren. Doch de wijsheid is gerechtvaardigd geworden van al haar kinderen."
"Johannes de Doper kreeg al deze dingen te horen van zijn leerlingen. Hij riep twee van hen bij zich en stuurde hen naar de Heer om hem te vragen: 'Bent u het die komen zou of moeten we een ander verwachten?' Bij hem gekomen zeiden de twee mannen: 'Johannes de Doper heeft ons gestuurd met de vraag: Bent u het die komen zou of moeten we een ander verwachten?' Juist toen genas Jezus veel mensen van hun ziekten en kwalen, dreef duivelse geesten uit en gaf veel blinden het licht in hun ogen. Hij gaf hun ten antwoord: 'Ga Johannes vertellen wat jullie hebben gezien en gehoord. Blinden zien, verlamden lopen, melaatsen worden rein, doven horen, doden worden opgewekt. Aan armen wordt het evangelie gebracht. Gelukkig wie zijn geloof in mij niet opgeeft!' Toen de mannen die Johannes gestuurd had, weg waren, begon hij tot de mensen over Johannes te spreken. 'Toen u naar de woestijn ging, wat verwachtte u toen te zien? Een rietstengel, door de wind bewogen? Nee! Wat dan wel? Iemand in prachtige kleren? Maar mensen in dure kleren, mensen die in weelde baden, vind je in paleizen! Maar waarom ging u dan naar de woestijn? Om een profeet te zien? Ja! En ik zeg u: u zag meer dan een profeet. Want Johannes is het over wie in de Schrift geschreven staat: Ik stuur mijn gezant voor u uit om voor u de weg te effenen. Geloof mij: onder de mensenkinderen is niemand groter dan Johannes. Toch is de geringste in het koninkrijk van God groter dan hij. Alle mensen die hem hoorden, ook de tollenaars, erkenden dat God rechtvaardig is en hebben zich door Johannes laten dopen. Maar de Farizeeën en de wetgeleerden hebben afgewezen wat God met hen voorhad, zij hebben zich niet laten dopen. Waar zijn die mensen mee te vergelijken? Waar lijken ze op? Ze zijn als de kinderen die spelen op het marktplein, waarbij de ene groep tegen de andere roept: We speelden voor jullie op de fluit en jullie wilden niet dansen; we zongen een klaaglied en jullie wilden niet huilen! Want Johannes de Doper komt, hij vast en drinkt geen wijn, en u zegt: Die man is bezeten. En de Mensenzoon komt, eet en drinkt, en u zegt: Kijk eens, een veelvraat en een drinker, iemand die omgaat met tollenaars en zondaars!' En Jezus besloot: 'Maar de wijsheid van God wordt gerechtvaardigd door alle mensen die haar kinderen zijn.'"
"En de discipelen van Johannes boodschapten hem al deze dingen. En Johannes riep een tweetal van zijn discipelen tot zich en zond hen naar de Here om te zeggen: Zijt Gij het, die komen zou, of hebben wij een ander te verwachten? Toen de mannen bij Hem gekomen waren, zeiden zij: Johannes de Doper heeft ons tot U gezonden, om te zeggen: Zijt Gij het, die komen zou, of hebben wij een ander te verwachten? Op dat ogenblik genas Hij velen van ziekten en plagen en boze geesten en aan vele blinden schonk Hij het gezicht. En Hij antwoordde en zeide tot hen: Gaat heen en boodschapt Johannes wat gij gezien en gehoord hebt: Blinden worden ziende, lammen wandelen, melaatsen worden gereinigd en doven horen, doden worden opgewekt, armen ontvangen het evangelie; en zalig is wie aan Mij geen aanstoot neemt. Toen de boden van Johannes vertrokken waren, begon Hij tot de scharen te zeggen van Johannes: Wat zijt gij in de woestijn gaan aanschouwen? Een riet door de wind bewogen? Maar wat zijt gij gaan zien? Een mens in weelderige klederen gekleed? Zie, die schitterend gekleed gaan en overdadig leven, zijn in de paleizen. Maar wat zijt gij gaan zien? Een profeet? Ja, Ik zeg u, zelfs meer dan een profeet. Deze is het, van wie geschreven staat: Zie, Ik zend mijn bode voor uw aangezicht uit, die uw weg voor u heen bereiden zal. Ik zeg u, onder hen, die uit vrouwen geboren zijn, is niemand groter dan Johannes, maar de kleinste in het Koninkrijk Gods is groter dan hij. En toen al het volk dit hoorde, en ook de tollenaars, hebben zij God gerechtvaardigd, daar zij met de doop van Johannes gedoopt waren. Maar de Farizeeen en de wetgeleerden verwierpen voor zichzelf de raad Gods, daar zij niet door hem gedoopt waren. Waarmede zal Ik dan de mensen van dit geslacht vergelijken en waaraan zijn zij gelijk? Zij zijn gelijk aan kinderen, die op de markt zitten en elkander toeroepen het bekende: Wij hebben voor u op de fluit gespeeld en gij hebt niet gedanst wij hebben klaagliederen gezongen en gij hebt niet geweend. Want Johannes de Doper is gekomen, geen brood etende of wijn drinkende, en gij zegt: Hij heeft een boze geest! De Zoon des mensen is gekomen, wel etende en drinkende, en gij zegt: Zie, een vraatzuchtig mens en een wijndrinker, een vriend van tollenaars en zondaars! En de wijsheid is gerechtvaardigd door al haar kinderen."
"Johannes kreeg van zijn leerlingen bericht over al deze gebeurtenissen. Hij riep twee van zijn leerlingen bij zich en stuurde hen naar de Heer, aan wie ze moesten vragen: 'Bent u degene die komen zou of moeten we een ander verwachten?' Toen de mannen bij hem gekomen waren, zeiden ze: 'Johannes de Doper heeft ons naar u gezonden om u te vragen: "Bent u degene die komen zou of moeten we een ander verwachten?"' Hij genas toen juist veel mensen van ziekten en allerlei aandoeningen en van boze geesten en hij gaf tal van blinden het gezichtsvermogen terug. Hij antwoordde: 'Zeg tegen Johannes wat jullie gezien en gehoord hebben: blinden kunnen weer zien, verlamden weer lopen, mensen met huidvraat worden gereinigd en doven kunnen weer horen, doden worden opgewekt, aan armen wordt het goede nieuws bekendgemaakt. Gelukkig is degene die aan mij geen aanstoot neemt.' Toen de afgezanten van Johannes vertrokken waren, zei hij tegen de menigte over Johannes het volgende: 'Waar zijn jullie in de woestijn naar gaan kijken? Naar het wuiven van het riet in de wind? Wat zijn jullie dan gaan zien? Een mens die zich in fraaie gewaden hulde? Welnee, want wie voorname kleding draagt en in weelde leeft, woont in een paleis. Wat zijn jullie dan wel gaan zien? Een profeet? Jazeker, zeg ik jullie, en zelfs meer dan een profeet. Hij is degene over wie geschreven staat: "Let op, ik zend mijn bode voor je uit, hij zal een weg voor je banen." Ik zeg jullie: van allen die geboren zijn uit een vrouw is niemand groter dan Johannes, maar in het koninkrijk van God is de kleinste nog groter dan hij.' Alle mensen die dit hoorden, ook de tollenaars, brachten hulde aan God en zijn gerechtigheid: zij hadden zich immers door Johannes laten dopen. Maar de Farizeeën en wetgeleerden verwierpen het plan van God: zij hadden zich immers niet door hem laten dopen. 'Waarmee zal ik dan de mensen van deze generatie vergelijken, waarop lijken ze? Ze lijken op kinderen die op het marktplein zitten en elkaar toeroepen: "Toen we voor jullie op de fluit speelden, wilden jullie niet dansen, toen we een klaaglied zongen, wilden jullie niet treuren." Want Johannes de Doper is gekomen, hij eet geen brood en drinkt geen wijn, en jullie zeggen: "Hij is door een demon bezeten." De Mensenzoon is gekomen, hij eet en drinkt wel, en jullie zeggen: "Kijk, wat een veelvraat, wat een dronkaard, die vriend van tollenaars en zondaars." En toch is de Wijsheid door al haar kinderen in het gelijk gesteld.'"
"De discipelen van Johannes de Doper hoorden wat Jezus allemaal deed en vertelden het aan Johannes. Die stuurde twee van hen naar Jezus toe met de vraag: "Bent U nu de Christus of moeten wij blijven wachten op iemand anders?" Toen de twee mannen Jezus vonden, was Hij juist bezig vele mensen te genezen van allerlei ziekten en kwalen. Uit verschillende mensen joeg Hij boze geesten weg en Hij genas de ogen van vele blinden. De twee mannen brachten Hem de vraag van Johannes over. "Ga terug naar Johannes," antwoordde Hij, "en vertel hem wat u hier hebt gezien en gehoord. Blinden kunnen weer zien; lammen lopen zonder hulp; melaatsen zijn genezen; doven kunnen horen; doden zijn weer levend geworden en arme mensen horen het goede nieuws. Zeg Johannes vooral dit: U bent gelukkig als u Mij aanvaardt zoals Ik ben." De mannen gingen naar Johannes terug. Jezus sprak met de mensen over Johannes. "Naar wat voor man zijn jullie gaan kijken daar in de woestijn? Was hij een rietstengel, die door de wind heen en weer wordt bewogen? Had hij dure kleren aan? Nee! Mensen met dure kleren en een luxe leven moet u in een paleis zoeken, niet in de woestijn. Hebt u dan een profeet gezien? Ja, zelfs meer dan een profeet. Over hem werd geschreven: 'Let op! Ik stuur mijn boodschapper voor u uit. Hij zal baanbrekend werk voor u doen.' Er is geen mens groter dan hij. Allen die Johannes hoorden (zelfs de tolontvangers) hebben erkend dat Gods eisen juist waren en lieten zich dopen. Behalve de Farizeeërs en de godsdienstleraars. Die keurden het plan van God af en wilden zich niet door Johannes laten dopen. Wat moet men van zulke mannen zeggen? Waarmee kan men hen vergelijken? Zij zijn net kinderen die op straat spelen en tegen de andere kinderen zeggen: 'Wij hebben muziek gemaakt en jullie wilden niet dansen. Wij hebben begrafenisje gespeeld en jullie wilden niet treuren!' Want Johannes de Doper leefde uiterst sober. Hij at geen brood en dronk geen druppel wijn. En u zei: 'Hij heeft een boze geest.' Ik eet en drink heel gewoon en u zegt: 'Die Jezus is een veelvraat en een drinker! Mooie vrienden heeft Hij: Tollenaars en slechte mensen!' De praktijk zal wel uitwijzen of u gelijk hebt."
Lees deze Wat Jezus deed in:
- Engels
Vorige Wat Jezus Deed
30 april 2027 | Lukas 7:27-28 |
29 april 2027 | Lukas 7:24-26 |
28 april 2027 | Lukas 7:20-23 |
27 april 2027 | Lukas 7:18-19 |
26 april 2027 | Lukas 7:16-17 |
25 april 2027 | Lukas 7:14-15 |
24 april 2027 | Lukas 7:11-13 |
← Home